West-Vlaanderen is dé landbouwprovincie bij uitstek. Ruim twee derden van ons grondgebied gebruiken we voor landbouw. Maar dat doen we niet overal op dezelfde manier. De landbouw spreidt zich over de provincie naargelang de grondsoort. Op het kaartje zie je de verschillende streken en de bijhorende activiteiten.
1) POLDERSTREEK
Typisch akkerbouw gebied (granen, aardappelen, maïs en wat vlas) en grasland. De bedrijven richten zich op akkerbouw en veehouderij (rundvee, varkens)
2) ZANDSTREEK
Gekend voor de intensieve veeteelt (rundvee, varkens, pluimvee) met voornamelijk maïs en grasland en de sierteelt (chrysanten, boomkwekerij, sierplanten)
3) MIDDEN-WEST-VLAANDEREN
Vooral gekend voor de groenteteelt, zowel in open lucht als in serres. Met daarnaast een sterke veehouderij.
4) WESTHOEK EN ZUID-WEST-VLAANDEREN
Intensieve veeteelt (varkens, rundvee, pluimvee) met gras en maïs en de akkerbouw (granen, aardappelen, suikerbieten)