Korte samenvatting van de activiteit
Aan de hand van drie activiteiten komen leerlingen in contact met verschillende uitdagingen waar een landbouwer vandaag voor staat.
- Activiteit 1: Stellingenspel: Leerlingen formuleren hun eigen mening over verschillende stellingen
- Activiteit 2: Belgische en ingevoerde producten: Leerlingen sorteren ontbijtproducten volgens herkomst
- Activiteit 3: Belang van Belgische landbouw – Puzzel: Leerlingen krijgen per groepje een puzzelstuk met informatie. Deze informatie verwerken ze en verwoorden ze naar de klas. Hun puzzelstukje wordt in een groter geheel geplaatst.
Motivatie
Met landbouwbedrijven komen leerlingen al heel vroeg in contact. Toch komt de landbouw heel vaak in de media met een negatieve bijklank. Landbouwers staan voor veel uitdagingen maar we willen deze positief benaderen. We staan stil bij de uitdagingen waar landbouwers voor staan, maar focussen ons op de innovatieve oplossingen die landbouwers hiervoor hebben.
Tijdsduur
2 à 3 lesuren
Doelen
De leerlingen kunnen ...
- Informatie van puzzelstukken interpreteren en samenvatten.
- Met andere leerlingen in gesprek gaan.
- Het thema landbouw vanuit verschillende invalshoeken bekijken en samenbrengen.
- Belgische en ingevoerde producten onderscheiden.
- Uitdagingen waar een landbouwer mee te maken krijgt doorgronden.
- De leerlingen hebben aandacht voor de onuitgesproken regels die de interacties binnen een groep typeren en zijn bereid er rekening mee te houden.
- De leerlingen kunnen hun eigen streek en twee andere streken in België situeren op een kaart en de relatie beschrijven tussen de omgeving en aspecten van het dagelijks leven van de mensen.
- De leerlingen kunnen op hun niveau verschillende informatiebronnen raadplegen.
- De leerlingen onderbouwen een eigen mening over maatschappelijke gebeurtenissen, thema’s en trends met betrouwbare informatie en geldige argumenten.
- De leerlingen lichten de complexiteit en verwevenheid van duurzaamheidskwesties toe.
- De leerlingen verklaren de impact van globale uitdagingen van duurzame ontwikkeling op het lokale niveau.
- De leerlingen illustreren de wisselwerking tussen STEM-disciplines onderling en met de maatschappij.
- De leerlingen lichten de impact van beslissingen van ondernemingen en organisaties toe op de omgeving
Materiaal
- Activiteit 1: Stellingen (bij keuze voor idee 1: stelling per blad afgedrukt en plakband) (Bijlage 1)
- Activiteit 2: Verschillende Belgische en ingevoerde ontbijtproducten (Bijlage 2a, 2b)
- Activiteit 3: Landbouwpuzzel afgedrukt op een A3 formaat (Bijlage 3)
Activiteit
Toon de leerlingen een kaart van de omgeving met het aantal landbouwbedrijven (zie: overzicht 'aantal landbouwbedrijven per gemeente') waar ook de bezoekboerderij op staat.
TIP: Een kaart van een straal van 25-35 km van eigen streek, de bezoekboerderij inclusief geeft een mooi overzicht. Dit kan je in de klas hangen eventueel met enkele foto’s van de bezoekboerderij!
Aan de hand van enkele stellingen staan leerlingen stil bij verschillende aspecten van de landbouw.
- Idee 1: Hoekendebat, er hangen stellingen over de school/gang/klas en per twee of drie noteren ze hun mening en wat ze er over weten.
- Idee 2: Stellingen/vragen, leerlingen kiezen een kant van de klas.
Stellingen:
- Wie heeft deze ochtend iets met melk in verwerkt gegeten? Ja / nee
- Ik weet waar de melk vandaan komt die ik deze morgen gedronken heb. Ja / ik weet het niet / nee
- Veel van jullie aten choco deze morgen, die wordt o.a. gemaakt van palmolie. Wordt hier palmolie geproduceerd? Ja / ik weet het niet / nee
- Ik heb hier een afbeelding van lekker boontjes. Komen ze altijd van bij ons? Ja / ik weet het niet / nee
- Weten jullie waar onze voeding dat we eten allemaal vandaan komt? Ja / soms wel, soms niet / nee
- Wie van jullie kent of heeft in de familie een land of tuinbouwbedrijf? Ja / nee
- Landbouwevolutie? Zijn er vandaag meer of minder landbouwers dan vroeger? Meer/ik weet het niet / Minder
TIP: Wissel samen met de leerlingen van gedachten over waarom er steeds minder jongeren kiezen voor het landbouwberoep. Dit hoeft niet lang te duren, de volgende oefening focust zich op de uitdagingen die de landbouwer heeft. (Let op dat het beroep niet in een negatief daglicht wordt geplaatst.)
Heel wat producten (verpakkingen of afbeeldingen kunnen ook) die een onderdeel kunnen zijn van het ontbijt liggen vooraan. Leerlingen rangschikken de producten in een groep BELGISCH of INGEVOERD en noteren deze in de tabel in hun leerlingennotitie. Soms is het niet eenvoudig om de oorsprong van de producten te achterhalen. Het grondig lezen van de verpakkingen is noodzakelijk. Nadien kan een klasgesprek volgen rond in- en uitvoer van producten.
TIP: Misschien is er ruimte om samen te ontbijten of kan je verschillende ontbijtvormen van over de hele wereld bekijken? Zo krijgen de leerlingen ook wat inzicht rond verschillen mee. In Spanje is een ontbijt met een geroosterd broodje met tomaat en olijfolie geen uitzondering.
Voorbereiding
De leerlingen worden in groepjes van 2 tot 4 leerlingen opgedeeld, afhankelijk van de grootte van de groep.
Er zijn verschillende puzzelstukjes met aan de achterzijde informatie die het groepje verwerkt. Deze informatie geeft inzicht in een uitdaging in de land- en tuinbouw. Na deze oefening worden de verschillende uitdagingen samengebracht.
Aanpak
- Ieder groepje krijgt een stukje van een puzzel. Ieder kaartje bevat informatie over één van de 7 onderstaande punten. Dat kan onder de vorm van een informatieve tekst zijn, een stukje podcast, een filmpje of interview dat het groepje zelfstandig moet verwerken.
- De leerlingen maken samen een korte samenvatting van de tekst.
- Daarna stelt elk groepje zijn puzzelstuk voor en worden de stukjes in het groter geheel geplaatst.
1) Land- en tuinbouw is een economische sector
Beluister de podcast 'Stikstof uitgespit- Landbouw vandaag' vanaf het begin of vanaf 2'17 tot 5'36
Samenvatting
Hoe zou je bondig de evolutie van de landbouw in Vlaanderen kunnen samenvatten?
Sjaak: De vraag is natuurlijk hoe ver we teruggaan. Ik weet dat Tom Waes zeer ver teruggaat met zijn verhalen over Vlaanderen. Maar om de landbouw van vandaag te begrijpen, is het goed om terug te keren naar de tijd van de stoommachine. Het was in de 18e eeuw, met de uitvinding van de stoommachine en de stoomboot, dat massale hoeveelheden goedkoop Amerikaans graan Europa binnenkwamen. Dit veroorzaakte een moeilijke tijd voor boeren in heel Europa, en zeker in België. Via de havens kwam het graan hier terecht, en toen besloot men over te schakelen: in plaats van zelf graan te produceren, werd er meer gefocust op varkens- en kippenvlees. Dit leidde tot een nieuwe sector in de Vlaamse landbouw.
We moeten ook kijken naar het feit dat de landbouw in verschillende landen anders is geëvolueerd. Engeland heeft grote bedrijven vanwege het eerste geboorterecht dat altijd is blijven bestaan, terwijl in België landbouwbedrijven versnipperden door erfenissen. Vandaag de dag heeft de schaalvergroting plaatsgevonden, wat normaal is in de zoektocht naar efficiëntere productie.
Tessa, jij bent ook veel bezig met landbouw en de voedselproductie die daaruit voortvloeit, en je adviseert zelfs de overheid. Hoe kijk jij naar de evolutie van de landbouw?
Tessa: Landbouw is inderdaad steeds groter en efficiënter geworden. We hebben veel middelen geïnvesteerd in de landbouw, en terecht, want het is belangrijk om een sterke sector te hebben. Vlaanderen doet het op dat vlak heel goed, maar we hebben wel te maken met een grote druk op milieu en klimaat. We moeten maatregelen nemen om die druk te verminderen, niet alleen in het belang van het milieu, maar ook in het belang van de boeren zelf. Boeren worden vaak als boosdoeners gezien, maar zij zijn juist de eerste slachtoffers van bijvoorbeeld klimaatverandering en milieuverontreiniging.
Enkele punten uit de podcast als interessante achtergrondkennis voor jou als leerkracht:
In de podcast luister je naar een discussie over de uitdagingen en complexiteiten van de landbouwsector in Vlaanderen. Verschillende aspecten komen aan bod, zoals de relatie tussen landbouw en biodiversiteit, de rol van de politiek en consumenten, de effecten van globalisering en het belang van lange termijnvisie in beleidsvorming. Hier zijn enkele samenvattende punten:
- Veranderingen en uitdagingen in de landbouw:
- Landbouwers, zoals Thomas, ervaren direct de gevolgen van klimaatverandering en beleidsbeslissingen.
- Er is kritiek op het gebrek aan lange termijnvisie in de politiek, wat onzekerheid creëert voor boeren.
- Rol van politiek en beleid:
- Er is een discrepantie tussen politieke retoriek en feitelijke beleidsmaatregelen. Bijvoorbeeld, hoewel de overheid kleinschalige landbouw promoot, zijn de beleidsregels vaak gericht op schaalvergroting en intensivering.
- De invloed van Europa en wereldwijde markten op het landbouwbeleid wordt benadrukt.
- Consumentenperceptie en realiteit:
- Er is een kloof tussen de idealen van consumenten (bijvoorbeeld duurzaamheid) en hun koopgedrag, dat vaak wordt gedomineerd door prijsbewustzijn.
- Er bestaan misverstanden en gebrek aan kennis bij consumenten over de realiteiten van de landbouw.
- Relatie tussen landbouw en biodiversiteit:
- Landbouw kan bijdragen aan biodiversiteit, maar er is een spanningsveld tussen intensieve landbouwpraktijken en de behoefte aan meer natuurgebieden.
- Innovatieve benaderingen zijn nodig om landbouw en natuurbehoud te verzoenen.
- Belang van samenwerking en transparantie:
- Samenwerking tussen boeren, overheid en andere stakeholders is cruciaal voor het ontwikkelen van een duurzaam landbouwbeleid.
- Transparantie in beleidsvorming en communicatie naar zowel boeren als consumenten is essentieel.
- Toekomstige koers en adviezen:
- Er moet een balans worden gevonden tussen economische levensvatbaarheid van boeren en milieudoelstellingen.
- Innovatie en gebruik van moderne technieken moeten worden gecombineerd met natuurinclusieve landbouwmethoden.
- Beleidsmakers moeten expertise en kennis benutten en langetermijnstrategieën ontwikkelen die robuust zijn tegen politieke wisselingen.
Het gesprek benadrukt dat landbouw niet alleen een economische activiteit is, maar ook diep verweven is met maatschappelijke en ecologische kwesties. Het vraagt om een holistische benadering waarbij alle betrokkenen samenwerken aan een duurzame toekomst.
2) Voedselsoevereiniteit
Leerlingen kijken naar een filmpje van 't Goed ter Heule.
Wat komt aan bod?
- Onafhankelijk van andere landen
- Consument en producent staan dicht bij elkaar
3) Landbouw bouwt mee aan ons landschap
Leerlingen scrollen door de publicatie Operatie open ruimte:
Wat komt aan bod?
De open ruimte is van levensbelang. In de open ruimte komen tal van uitdagingen gebundeld samen: klimaatverandering, waterkwaliteit, voedselproductie, hernieuwbare energie, biodiversiteit, enzovoort. Om die complexe uitdagingen het hoofd te bieden, is een handelingsperspectief nodig. Deze publicatie voert een pleidooi voor een actieve en geïntegreerde programmawerking voor de open ruimte in Vlaanderen. Ze laat toe terugkerende opgaven aan te pakken op schaal van het hele territorium. Operatie Open Ruimte is een tussentijds resultaat van het traject Open Ruimte Platform, een gezamenlijk initiatief van de Vlaamse Landmaatschappij, Departement Omgeving, de Vereniging van Vlaamse Provincies en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten.
4) België heeft een goed klimaat voor land- en tuinbouw
Leerlingen interpreteren de kaart over verwachte geografische verschillen in de impact op de landbouwopbrengsten in 2050
en maken een klimatogram van hun eigen gemeente.
Wat komt aan bod?
België heeft een goed klimaat om aan land- en tuinbouw te doen
- goede bodem
- zacht klimaat
- voldoende neerslag
5) België in de wereld
Leerlingen interpreteren de grafieken rond buitenlandse handel
Wat komt aan bod?
Er is een grote Belgische uitvoer. Indien die er niet zou zijn, dan hadden we veel voedseloverschot.
België voert hoofdzakelijk uit aan Europese landen, meest aan Duistland, Nederland en Frankrijk. Er is een grote stijging bij graanproducten, oliën en zuivelproducten.
6) De land- en tuinbouw in België is performant (efficiënt)
Leerlingen lezen in een artikel in Vilt hoe de Vlaamse landbouw tot de meest performante hoort binnen de EU.
Wat komt aan bod?
De Belgische landbouw heeft een hoog rendement en een grote opbrengst.
De input en output is in evenwicht.
Enkele voorbeelden:
- Een koe in België brengt 10 keer meer melk op dan een koe in Indië door onze knowhow en efficiëntie (België heeft bijvoorbeeld constructeurs van goede machines).
- Slim nagedacht: alle delen van het varken krijgen een bestemming: menselijke consumptie – diervoeder -meststof – biogas
7) Versheid: dan is nabijheid belangrijk
Leerlingen bekijken een filmpje over waar hun groentjes vandaan komen en onderzoeken wat korte keten betekent.
Wat komt er aan bod?
De leerlingen leren bij over versheid en nabijheid.
Samen wordt er vastgesteld dat de Belgische land- en tuinbouw belangrijk is. Hierbij is de focus niet de korte keten en lokaal eten, wel het feit dat België een belangrijke speler is op wereldvlak en goede en belangrijke producten heeft.
We bekijken opnieuw de grafiek die we aan bod brachten bij de laatste stelling rond landbouwevolutie, waarbij we kunnen zien dat er steeds minder landbouwers zijn.
Er wordt een klassikale woordspin gemaakt. De vraag die centraal staat: We begrijpen nu dat Belgische land- en tuinbouw heel belangrijk is. Toch kiezen steeds minder jongeren voor het landbouwberoep. Hoe zou dat komen?
De antwoorden van de leerlingen worden gegroepeerd in de uitdagingen die aan bod zullen komen bij ons boerderijbezoek en vormen zo een mooie overgang naar de volgende lesblokken.
- Lucht
- Water
- Mest
- Arbeid en tijd
- Energie