Waarom zijn appels rood, geel en groen? En niet blauw, roze of paars?

Voor deze vraag klopten we aan bij Els en Arne van fruitbedrijf Lambrecht-Baart, zij weten namelijk alles over appels en peren. Appels krijgen een rode kleur door anthocyanen, een moeilijke naam voor pigmentstoffen die de plant zelf produceert. Andere voorbeelden van deze pigmentstoffen zijn chlorofyl, dat zorgt ervoor dat bladeren groen kleuren en caroteen, dat is de stof die wortels een oranje kleurtje geeft.

De appel maakt de anthocyanen aan om zich te beschermen tegen ‘vrije radicalen’, dat zijn onstabiele moleculen die de vrucht kunnen beschadigen. Je kan het vergelijken met het feit dat zonnebaden zonder zonnecrème of roken schadelijk is voor ons. Zo kunnen de ‘vrije radicalen’ ook schadelijk zijn voor de appel en daarom wil de appel zich dus beschermen met de anthocyanen, die hebben hier hetzelfde effect als de zonnecrème die jou beschermt tegen de zon, vertelt onderzoeker Simon van Inagro.

Maar hoe komt het dan dat de ene appel heel erg rood is, de andere maar een beetje en sommige appels zelfs helemaal groen zijn? Dat komt omdat de productie van anthocyanen heel complex is en geregeld wordt door een gen in de appel, dat is een stukje DNA. Het ene appelras heeft een heel actief gen, maar andere rassen hebben dan weer een lui of inactief gen. Wanneer de appel een actief gen heeft en dus anthocyanen aanmaakt, krijgt de appel een rood kleurtje. Denk hier aan rassen zoals Kanzi of Gala. Hoe rood de appel nu precies wordt, dat wordt bepaald door de hoeveelheid anthocyanen. Er zijn ook appels die geen anthocyanen aanmaken en daarom groen blijven, de kleur van het chlorofyl. Denk hierbij aan het bekendste voorbeeld, de Granny Smith appel.

Wist je al...

  • dat zonlicht het gen van de appel actiever maakt? Zo kan je aan de rode blos van de appel dus makkelijk zien welke kant het vaakst in de zon hing.
  • dat Els en Arne ons ook nog een leuk weetje uit hun boomgaard vertelden? Daar staan bomen met sierappeltjes, dat zijn kleine appeltjes, tussen de andere appelbomen. Wanneer deze boompjes in bloei staan, lokken ze veel bijtjes die daarna ook de bloemetjes van de nabije bomen gaan bestuiven. Zo krijg je nog meer en betere appeltjes!